Hij geeft geld uit alsof er geen dagen meer komen.
Sommige gebeurtenissen kan ik niet vergeten, en vaak vergeet ik de belangrijke gebeurtenissen en herinner ik mij kleine, schijnbaar onbenullige. Soms vraag ik me af wie er voor mij bepaalt wat wel en wat niet belangrijk is.
Het gebeurde op een bijeenkomst van enkele van mijn naaste familieleden; ik droeg een fluwelen pak dat mij niet onaardig stond, alleen was de kleur een beetje anders dan ik in de winkel had gezien, volgens mijn familieleden kon het er mee door, al werd er hier en daar wat gelachen.
Mijn familie is knettergek, sommige van hen hebben een geestelijke aandoening die ze labiel, soms zelfs vilein maakt. Andere familieleden rennen een paar keer per uur gillend naar de wc om daar hun behoefte te doen. Tenminste, ik neem dat aan, je kunt natuurlijk ook geheel andere dingen op de wc doen, daarover later meer.
Ik voelde me opeens heel ongemakkelijk in mijn fluwelen pak, ik mompelde een paar keer de kleur waarvan ik dacht dat die roze moest zijn tot mijn broertje opstond en zei: ‘Het is paars, en je ziet eruit als een homo.’
Ergens had hij gelijk.
Natuurlijk volgden de grappen, de woorden: ‘Kom je eindelijk uit de kast?’ werden gesproken door wat oudere familieleden die ik maar nauwelijks ken.
Dus ik zei: ‘Ik wou werkelijk dat het waar was,’ maar daar meende ik natuurlijk geen zak van, homosexualiteit is het laatste wat ik mij op dit moment in mijn leven aan wil doen.
Mijn moeder begon te praten over haar nieuwe dieet, ze had eindelijk een dieet waar ze mee afviel, ze zei zich heel gelukkig te voelen. Niemand luisterde geloof ik.
Toen ritste mijn grootmoeder haar broek open en kwam met moeite uit haar stoel, ze moest weer naar de wc. Ze sjokte met haar broek op haar enkels naar de gang.
Ik ken veel schaamte, mijn familie maar nauwelijks.
Mijn broertje begon tegen wat kasten te slaan, wat hij vaker doet als hij zich niet helemaal prettig voelt. De meeste familiebijeenkomsten eindigen in een slagveld.
Ik zat nog steeds naar de mouw van mijn pak te kijken en dronk witte wijn uit een mosterdglaasje. Ik had een missie die niets te maken had met mijn familie, de missie had te maken met kleurbepaling, benoeming van de kleur van mijn fluwelen pak.
‘Wanneer trouw jij nou eens?’ vroeg een man die mijn oom moest zijn.
‘Ik denk binnenkort. Ik moet eerst een huwelijkskandidaat vinden, hoe heet u trouwens?’ vroeg ik.
Toen noemde hij een naam die ik nog nooit had gehoord, ik kan er nog steeds niet opkomen.
Mijn grootmoeder was terug, ze had er een sport van gemaakt haar gezelschap medeplichtig te maken aan het bevuilen van de wc, want ze ritste haar gulp dicht in de huiskamer. ‘Zo, en nu gaan we taart eten!’ riep ze en kwam dicht bij me staan, ze wreef over de mouw die ik aan het bestuderen was. ‘Wat een lekker stofje, waar heb je dat gekocht?’ Ik noemde de naam van de winkel en iedereen begon te zuchten. ‘Hij geeft geld uit alsof er geen dagen meer komen,’ mompelde mijn grootmoeder.
‘Ik wil ook wel weer eens een man,’ zei mijn moeder opeens.
‘Wat voor een man? Wat voor een man in godsnaam mama?!’ begon mijn broertje. Mijn broertje wil al jaren niet dat mijn moeder een nieuwe liefde vindt, hij is zelfs vastbesloten de kandidaat ‘uit de weg te ruimen’.
‘Ik wil een man die niet zeurt, die niet al te aanwezig is, een man met geld, en een auto. Straks ben ik slank, snappen jullie dat wel? Vinden jullie me niet heel erg mooi?’
We knikten allemaal.
‘Je bent een ouwe slet,’ mompelde mijn broertje.
‘Nee, ik ben een Breezer sletje,’zei ze stellig. Ze was doodserieus.
Ik dacht aan de woorden van mijn grootmoeder, het was waar; ik gaf geld uit alsof er geen dagen meer zouden komen.
‘Lila,’ mompelde ik.
5 Comments
Is dit een grap of is het werkelijk zo?
Helaas is er geen woord gelogen.
Levensgevaarlijk!
Meer dan dat, mijn familie is in staat levens te verpesten. Toch zijn het fijne mensen.
Mijn familie is totaal anders en toch precies hetzelfde.