-
« Home
Pagina's
-
Categorieën
- Categorieën
-
Archief
- januari 2023
- december 2022
- mei 2020
- augustus 2017
- juli 2017
- juni 2017
- maart 2017
- februari 2017
- januari 2017
- oktober 2016
- mei 2016
- januari 2016
- juni 2015
- april 2015
- januari 2015
- juli 2014
- mei 2014
- april 2014
- maart 2014
- januari 2014
- november 2013
- oktober 2013
- september 2013
- augustus 2013
- juli 2013
- mei 2013
- maart 2013
- januari 2013
- december 2012
- november 2012
- oktober 2012
- september 2012
- augustus 2012
- juni 2012
- mei 2012
- december 2011
- september 2011
- juli 2011
- juni 2011
- mei 2011
- april 2011
- maart 2011
- februari 2011
- december 2010
- september 2010
- augustus 2010
- juli 2010
- juni 2010
- april 2010
- maart 2010
- februari 2010
- januari 2010
- december 2009
- november 2009
- oktober 2009
- september 2009
- augustus 2009
- juli 2009
- juni 2009
- mei 2009
- april 2009
- maart 2009
- februari 2009
- januari 2009
- december 2008
- november 2008
Monthly Archives: september 2009
Alle begin is moeilijk, laat ik het zo maar zeggen.
Na de Uitmarkt en Manuscripta was ik gisteren te gast bij SLAA Nieuwe Geluiden in het comedy theater aan de Nes in Amsterdam en dat viel me mee.
Er waren consumptie muntjes en omdat ik nooit in mijn leven zo’n muntje in handen had gehad was ik blij verrast met een handvol.
Met Maartje Wortel en Ivo Victoria zat ik achter een tafel in een spookachtig licht en rookmachines. Op vieze stoelen werden wij ondervraagd door Jeroen van Kan over ons schrijverschap. Het schrijfproces, het leefproces, hoe wij naar dat proces keken en wat we aan verwachtingen hadden als het om al die processen ging.
We lazen een voor een voor uit onze debuten en deelden één enkel glas bier.
Later kondigde ik een cursus aan die ik zou gaan geven in 2010: ‘Hoe schaaf je delen van je leven’ Ik verzeker u, ik ben de absolute expert als het gaat om dat onderwerp.
Arjan Peters las een recensie voor van een aantal niet verschenen boeken en een niet bestaande literaire prijs waarvan ik het idee heb dat ze zeker ooit nog zullen verschijnen of ontstaan en Anne Soldaat bracht mooie muziek: (“Ik ben geen nieuw geluid, ik maak al vijftien jaar muziek, maar niemand die het weet, dus misschien ben ik wél een nieuw geluid”) en Erik Lindner ondervroeg Lieke Marsman over een gedichten cyclus die in het laatste nummer van Tirade te lezen is.
En Thomas Vaessens, ja Thomas Vaessens. Ik herinner me vooral zijn vinger in de lucht als hij een nieuwe foto op het scherm wilde en ‘Volgende!’ riep alsof hij college gaf aan een aantal bibberende studenten.
En hij maakte indruk op me, jazeker. Niet als het om zijn preek ging, want die was nog altijd onduidelijk en steeds tegenstrijdig -al zou hij zelfs nu, in dit stukje het tegendeel willen bewijzen (met priemende vinger). Maar dan zijn verschijning; een gladde en gelikte man die zo dol op zichzelf is dat het bijna niet uitmaakt wat hij geschreven heeft en daar ook absoluut geen verantwoordelijkheid voor wil nemen.
De spottende glimlachjes, de wilde handgebaren waarmee hij argumenten van tafel veegde, het inslikken van zijn Brabants accent… Mocht hij ooit van beroep wisselen denk ik dat hij het zeer goed zal doen in welke bestuursraad dan ook. Ook als makelaar zou hij absoluut geen slechte zijn, vooral als het om het omzeilen van verborgen gebreken gaat.
De vraag waar ik mee bleef zitten is deze: wat is postmodernisme nu werkelijk? Niemand kon er een eenduidig antwoord op geven, zelfs Vaessens zelf niet. Ik hou het op verwarring.
Toen ik klaar met voorlezen was riep een oudere man vrij hard: ‘En nu nog leren voorlezen!’ waarvoor ik hem vriendelijk bedankte. Laat ik hem Gerard noemen, omdat hij mij zijn naam niet wilde zeggen. Toen ik na de voordracht achterin de zaal naast mijn redacteur Merijn ging zitten vroeg ik: ‘Wie was die klootzak?’ en hij fluisterde: ‘Die zit hier naast me.’
Gerard, ik wil je zeggen dat er een dag komt dat ik alleen nog maar voor jou zal voorlezen, waarschijnlijk uit een kinderboek, maar helemaal voor jou alleen.